In het westen van ons land weten we al maanden niet meer wat een dag zonder
regen inhoudt. Ga je op de fiets de deur uit, dan neem je
steevast een regenpak mee. Wandelaars klemmen een parapluutje onder de arm.
Voor de zekerheid.
Er zijn ook inwoners van mijn stad die profiteren van al het vocht dat uit
de hemelen stort. Plantsoenen, en groenstroken langs singels zijn volkomen
doorweekt geraakt en op verschillende plaatsen zijn ondiepe vijvers ontstaan. Tot grote vreugde van onze eenden. Die stappen daar nu in rond met het water tot
even boven de enkels, terwijl hun bolle buikjes lichtjes de oppervlakte raken. Met hun
kopjes heen en weer bewegend, grazen ze met op elkaar klepperende
snavels van het frisse gras.
Meeuwen blijken de onmetelijke diepte van zeeën en oceanen met plezier te
ruilen voor een ondiepe ondergrond. Zij dobberen tussen de eenden met de blik van een kat die iets op zijn geweten heeft.